Het grondstuknummer 218 voor Johanna Maria werd uitgegeven tussen 1797 en 1802, toen de Engelsen het bestuur over Suriname hadden. Zowel dit stuk als het lotnummer 217 van Groot Novar werden gekocht door S.B. Catz. Het was 500 akkers groot en of hij ze ook cultiveerde is niet bekend. Rond 1843 werkten 70 slaven in de katoenoogst op deze plantage. Enkele decennia na de afschaffing van de slavernij, in 1889, werden op deze plantage cacaobonen, bananen en kokosnoten verbouwd.