In 1928 startte Pan Am met postvluchten van Miami naar Paramaribo, hoofdstad van de toenmalige Nederlandse kolonie Suriname. Lang voor de Tweede Wereldoorlog was de onverharde landingsbaan bij Zanderij een onderdeel van het netwerk van de Pan American World Airways (PAA).
Reeds op 24 maart 1934 moesten de vrouwelijke piloot Guggenheim en haar mannelijke co-piloot Russel Thaw een noodlanding maken nabij Nieuwe Haven, omdat ze de landingsbaan van Zanderij niet konden lokaliseren. Hun Lockheed-vliegtuig was dermate beschadigd dat het terug verscheept diende te worden naar de Verenigde Staten.
Op 16 april 1934 landde de Amerikaanse pilote Laura Ingalls met haar eenmotorige Lockheed Air Express op Zanderij tijdens de eerste solovlucht met een landvliegtuig door heel Zuid-Amerika.
In 1934 maakte de KLM met een driemotorige hoogdekker, de Fokker F.XVIII met registratie PH-AIS en genaamd de Snip, de eerste trans-Atlantische vlucht. Op 19 december 1934 vertrok de Snip van Praia op deze roemruchte kerstvlucht en bereikte 17 uur later, na 3600 km, op 20 december om half acht in de ochtend vliegveld Zanderij. Van daaruit werd doorgevlogen naar de eindbestemming Curaçao, waar men op 22 december landde.
In januari 1937 landde een baby Clipper Sikorsky S-38 op Zanderij met aan boord de vermogende William Henry Vanderbilt III met zijn vrouw en hun vrienden the Flying Hutchinson's. Op 3 juni 1937 arriveerde op Zanderij de Amerikaanse vliegenierster en luchtvaart pionier Amelia Earhart met haar Lockheed Model 10 Electra. Haar navigator was de ervaren voormalige Pan Am piloot Fred Noonan. Een maand later verdwenen beiden samen bij deze recordpoging de langste vlucht om de wereld te maken.
Op 16 maart 1938 moesten twee piloten, Whitney en Harmon een noodlanding maken met hun Beechcraft nabij de Eerste Rijweg, aangezien zij vliegveld Zanderij niet konden vinden. In 1938 opent de KLM met hun 2 motorige Lockheed L-14 Super Electra (12 passagiers), genaamd Meeuw (PJ-AIM) een weekdienst van Paramaribo naar Willemstad (Curaçao). De post gaat nu heel wat sneller naar Curaçao dan met de PAA maar een commercieel succes is de lijn niet.
Op 11 mei 1939 arriveerden the Flying Hutchinson Family in hun tweemotorige Lockheed Model 10 Electra op Zanderij. Dit was tijdens hun family round-the-world global nations flight welke via een serie radio-uitzendingen gesponsord door Pepsi Cola de ether in werd gestuurd.
Na de val van Nederland door de bezetting van Duitse nazi-troepen in 1940, verkreeg de Verenigde Staten van de Nederlandse regering-in-ballingschap in Londen rechten op de luchthaven om er een militaire basis aan te leggen.
De eerste Amerikaanse troepen kwamen op 30 november 1941 aan op de luchthaven Zanderij. Zij breidden de faciliteiten uit als een transport uitvalsbasis voor het versturen van bevoorrading naar Engeland onder de Lend-Lease Act via lucht routes over de Zuid-Atlantische Oceaan. Het vliegveld werd gedurende de Tweede Wereldoorlog door de Verenigde Staten zodoende uitgebreid met verharde start- en landingsbanen. Zij bouwden ook de weg van Onverwacht naar Zanderij. Het Amerikaanse leger gebruikte het vliegveld voor tussenlandingen in vluchten naar Noord-Afrika. Ook waren er toen vliegtuigen voor U-bootbestrijding gestationeerd.
De United States Army Air Forces had de volgende eenheden op Zanderij gestationeerd:
35e Bombardment Squadron (van de 25e Tactical Reconnaissance Wing) 1 november 1941 – 7 oktober 1943 (B-25 Mitchell)
Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd het vliegveld Zanderij aangelegd door Pan American Airways als onderdeel van het Airport Development Program. Dit programma had tot doel vliegvelden in Latijns-Amerika te construeren voor de U.S. Army en Navy, als voorbereiding op de verdediging van het westelijke halfrond.
De constructie op Zanderij begon in februari 1941. Echter, tegen de streefdatum van 30 augustus 1941, waarop het vliegveld operationeel zou moeten zijn, was slechts 12 procent van het werk voltooid. Dit werd grotendeels toegeschreven aan ontoereikend toezicht en hevige regenval. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd op Zanderij ook de eerste waterstofcentrale (waterstofkrachtstation) van Suriname gebouwd om in de energiebehoeften te voorzien. De foto's tonen het vliegveld zoals het er tijdens de Tweede Wereldoorlog uitzag, inclusief de twee startbanen.
Op 2 oktober 1942 bracht een op Zanderij gestationeerde Amerikaanse Douglas B-18 Bolo bommenwerper met piloot Captain Howard Burhanna Jr. van het 99e Bombardement Eskader een Duitse onderzeeboot, de U 512 ten noorden van Cayenne met dieptebommen tot zinken.
Midden in de Tweede Wereldoorlog, op 2 november 1943, bracht Hare Koninklijke Hoogheid Prinses Juliana vanuit Canada een bezoek aan Suriname . Per KLM-toestel Lockheed L-14 Super Electra PJ-AIM Meeuw arriveerde Prinses Juliana te Zanderij, Suriname als eerste lid ooit van het Koninklijk Huis. Na de landing van de Meeuw tezamen met de escorterende Nederlandse en Amerikaanse militaire toestellen verwelkomde gouverneur Kielstra de Prinses op Zanderij, en werd de erewacht geïnspecteerd.
Na de Tweede Wereldoorlog werd de militaire luchtmachtbasis Zanderij officieel gesloten op 30 april 1946 en op 22 oktober 1947 officieel weer overgedragen aan de Nederlandse autoriteiten, die de faciliteit wederom als civiele luchthaven in gebruik namen. De waarde van het complete luchthavencomplex werd toen beraamd op Sf. 400.000,-. In maart 1947 landde Alfredo de Los Rios met een Luscombe Model 8-F Silvaire vliegtuig op Zanderij na een rechtstreekse vlucht vanaf de vliegtuigfabriek in Dallas (Texas).
In juni 1959 arriveerden de piloten en missionarissen Robert Price en Eugene Friesen op Zanderij met hun eenmotorige vliegtuig. Zij voerden diverse medische vluchten uit naar het binnenland van Suriname tot aan de Sipaliwinisavanne.
Op 3 maart 1960 landde de Amerikaanse president Dwight D. Eisenhower op Zanderij met z'n Air Force One, toen nog een Boeing 707-320B. Hij werd vergezeld door Christian Herter, Secretary of State (minister van buitenlandse zaken). Ze verlieten Suriname dezelfde dag nog.
Op 14 april 1967 arriveerde op Zanderij de Amerikaanse president Lyndon B. Johnson tijdens een enorme tropische onweersbui, wederom met de Air Force One Boeing 707-320B. Er werd een overeenkomst gesloten tussen het Nederlandse gouvernement en de Verenigde Staten om luchthaven Zanderij te gebruiken ten behoeve van de Military Airlift Command (MAC) van de United States Air Force. De VS betaalde US$ 22.000,- voor 400 landingen per jaar. De bemanningen overnachtten in het Torarica Hotel. Het Amerikaanse X-15 raketvliegtuig was te bezichtigen op Zanderij tijdens een grote vliegshow, gehouden op de luchthaven van 8-13 november 1963.
Op 7 april 1972 had Suriname op de luchthaven Zanderij een primeur toen de eerste Boeing 747 Jumbo Jet van de KLM op Zuid-Amerikaanse bodem landde.
Deze luchthaven is officieel hernoemd naar de populaire Surinaamse staatsman Johan Adolf Pengel (1916 - 1970), maar in de volksmond wordt nog altijd de oude naam 'Zanderij' gebruikt. De herkomst van deze naam laat zich makkelijk raden bij het aanschouwen van de savanne die de luchthaven van bovenaf gezien is, midden in het schijnbaar oneindige groen van het oerwoud eromheen.
De luchthaven beschikt thans over één landingsbaan van 3,5 kilometer. De luchthaven wordt vaak aangedaan door diverse toestellen als brandstof stop voor het bijtanken van kerosine (Jet A1 fuel) op verschillende vluchten van en naar Zuid-Amerika. Johan Adolf Pengel International Airport (IATA:PBM, ICAO:SMJP) is de internationale luchthaven van Suriname. De luchthaven ligt ongeveer 45 kilometer ten zuiden van Paramaribo, bij het dorp Zanderij en wordt daarom ook wel Luchthaven Zanderij of Paramaribo-Zanderij International genoemd. De luchthaven wordt geëxploiteerd door NV Luchthavenbeheer (Airport Management, Ltd.). Het is de thuishaven voor de Surinaamse luchtvaartmaatschappijen Surinam Airways en Fly All Ways.
De SLM-vliegramp van 1989 blijft een tragisch hoofdstuk in de geschiedenis van Suriname. Het herinnert de natie aan het verlies van levens en de verwoesting die kan voortkomen uit luchtvaartongevallen. Het heeft ook geleid tot verbeterde veiligheidsmaatregelen en meer bewustzijn van vliegveiligheid in de luchtvaartindustrie.
Op 24 november 1991 kreeg de luchthaven haar officiële naam.